Wetgeving
Welzijn en wetgeving
Welzijn is opgenomen in de Arbeidsovereenkomstenwet, de ‘welzijnswet’ van 4 augustus 1996 en de welzijnscodex op het werk. De welzijnswet definieert het kader voor het welzijn van werknemers bij het uitvoeren van hun werk. De codex groepeert de uitvoeringsbesluiten die ernaar verwijzen.
De algemene principes van welzijn op het werk moet je toepassen in de hele onderneming. De werkgever heeft een zorgplicht t.a.v. de werknemers, de werknemers dienen de welzijnsinstructies van de werkgever na te leven en te zorgen voor de eigen veiligheid en die van collega's.
Op de werkgever rusten volgende verplichtingen:
- Volbrengen van een algemene risico-analyse (met oog op bekomen van een risicobeheersingssysteem op alle niveaus).
- Bijzondere aandacht besteden aan het identificeren van psychosociale en ergonomische risico's en hierbij de nodige evaluatie voorzien (bijv. stress-coaching).
- Voorzien in een interne preventiedienst en de nodige preventiemaatregelen treffen om risico's en/of schade te voorkomen (overleg met werknemers en/of vakbondsvertegenwoordigers vereist).
- Welzijnsbeleid aanpassen in functie van opgedane ervaringen en arbeidsomstandigheden.
- Informatie verschaffen aan de werknemer over de preventiemaatregelen.
Als uitgangspunt geldt dat de Welzijnswetgeving principieel van toepassing is op telewerken. Hoe kan de werkgever praktisch het welzijn van de werknemer verhogen?
1. Organiseer een terugkomdag op kantoor per week of per maand
Het is belangrijk om de connectie en verbondenheid met de werknemers te behouden. Dit kan onder andere door een kantoordag of terugkomdag op kantoor per week of per maand te organiseren. En dat kan, uiteraard, ook gepaard gaan met een ludiek event of drink.
Ook de inrichting van de kantoorruimte is hierbij belangrijk. Speel hierbij in op het vernieuwde werken (belhokjes, bubbels...) maar zeker ook op plaatsen waar een informeel gesprek kan gevoerd worden (zoals lounges, zithoekje...).
Wij komen fysiek samen zodat wij al onze werknemers kunnen zien. Dit doen we in de zomermaanden op donderdagavond met een drink.
Maak gebruiksvriendelijke en activiteitvriendelijke ruimtes: werknemers moeten zin hebben om naar het kantoor te komen en om er samen te werken en uit te wisselen.
De verschillende werkplekken op kantoor ofwel om gefocust te werken (belhokjes ed.) ofwel om informeel te praten (lounge, zetels ed.) worden nu meer gevraagd en zijn steeds belangrijker.
2. Wees het aanspreekpunt
Als werkgever is het belangrijk om burn-out, stress, teveel werk e.d. bij de werknemer te zien en bespreekbaar te maken. Dit kan onder andere door korte fysieke gesprekjes met “small talk”. Deze gesprekken, die liefst fysiek doorgaan, kunnen wekelijks vastgepind worden in de agenda van de leidinggevende/manager en de werknemer.
Organisaties die het nieuwe werken toepassen hebben intussen ondervonden dat hun burn-outrisico afneemt en de werktevredenheid de hoogte in gaat”, aldus Steffie Desart, preventieadviseur psychosociale aspecten bij IDEWE. “Dat is niet verwonderlijk aangezien studies hebben aangetoond dat nieuwe werkvormen beter tegemoetkomen aan de basisbehoeften van werknemers over autonomie en verbondenheid. Het nieuwe werken zal niet automatisch het welzijn van je medewerkers verhogen, maar het kan er een mooi kader voor vormen.
Wij hebben een burn-out manager aangesteld.